Wetsvoorstel herziening partneralimentatie aangenomen!
Op 21 mei 2019 was het dan zover. Een meerderheid van de Eerste Kamer stemde in met het Wetsvoorstel herziening partneralimentatie{: target="_blank"}. CDA, 50PLUS, SGP en Christenunie stemden tegen.
De wet zal per 1 januari 2020 in werking treden. De wet geldt enkel voor ’nieuwe gevallen’. Dat wil zeggen: enkel in het geval dat het verzoekschrift tot echtscheiding op of na 1 januari 2020 is ingediend. Met betrekking tot bestaande alimentatieverplichtingen verandert er dus niets.
De hoofdregel is dat de duur van de partneralimentatie de helft bedraagt van de duur van het huwelijk, met een maximum van 5 jaar. Dus, na een huwelijk van 8 jaar is er gedurende 4 jaar een recht op partneralimentatie; na een huwelijk van 14 jaar is er gedurende 5 jaar een recht op partneralimentatie. Op deze hoofdregel maakt de wet twee uitzonderingen, voor langdurige huwelijken en voor huwelijken met jonge kinderen. Bij huwelijken met kinderen die jonger zijn dan 12 jaar, is de duur van de partneralimentatie maximaal 12 jaar (namelijk tot het jongste kind 12 jaar oud geworden is). Als een huwelijk strandt als het jongste kind 5 jaar oud is, is de partneralimentatieduur dus maximaal 7 jaar.
Bij huwelijken die langer dan 15 jaar hebben geduurd én waarbij de leeftijd van de alimentatiegerechtigde ten hoogste 10 jaar lager is dan de AOW-leeftijd bedraagt de duur van de partneralimentatieplicht maximaal 10 jaar. Ook alimentatiegerechtigden die op het moment van inwerkingtreding van de wet 50 jaar of ouder zijn, maar nog niet de leeftijd van 57 jaar hebben bereikt, én die 15 jaar of langer getrouwd zijn op het moment van indiening van het echtscheidingsverzoek, hebben ook recht op partneralimentatie voor de duur van (maximaal) 10 jaar.
Deze extra uitzondering komt wel te vervallen 7 jaar na inwerkingtreding van de wet.
Gelukkig hebben de indieners het amendement van Van Nispen (SP) en Van Dam CDA{: target="_blank"} overgenomen waardoor in schrijnende gevallen de duur van de partneralimentatie langer kan zijn. Hierbij wordt gedacht aan alimentatiegerechtigden die voor of tijdens het huwelijk arbeidsongeschikt of ziek zijn geworden of die de zorg hebben gedragen voor een ziek of gehandicapt kind. Het is positief dat er meer duidelijkheid is gekomen in welke gevallen er mogelijk verlenging van de termijn kan zijn.
Nu vast staat dat de wet per 1 januari 2020 in werking treedt is het van belang om hierop te anticiperen. Het kan belangrijk zijn om nog dit jaar een verzoekschrift in te dienen, of juist te wachten. In ieder geval is goed advies belangrijk.
Over de Wet herziening partneralimentatie geef ik dit jaar samen met Ariane Hendriks hierover cursus:
- Sapientia{: target="_blank"}, 26 juni, Veenendaal
- SOAA, najaar, Amsterdam
- Legal Iuris{: target="_blank"}, 12 november, Amsterdam
- Sapientia, 20 november, Nootdorp, 20 november
- De Blauwvinger Academie{: target="_blank"}, 10 december, Zwolle
Naar aanleiding van de behandeling in de Tweede Kamer werd ik op 7 december door het NOS achtuur journaal{: target="_blank"} (vanaf 12:30) en NPO Radio 1 geïnterviewd,
Ik schreef met Ariane Hendriks uitgebreider over het Wetsvoorstel, zie bijvoorbeeld Derde nota van wijziging Wetsvoorstel herziening partneralimentatie - stand van zaken.{: target="_blank"} (ook gepubliceerd op de Kennisbank van Split-Online{: target="_blank"}) en Minder lang alimentatie betalen{: target="_blank"}, gepubliceerd in SC Kent de Wet en SC Online.